Spring naar inhoud

Vlinders zijn vrij (5) – Het Veld

Vlinders zijn vrij is een boek geschreven door Stephen Davis. Hij verwoord in dit boek zijn kijk op onze werkelijkheid. Een kijk die voor een groot gedeelte aansluit bij mijn eigen kijk op de werkelijkheid, de virtuele holografische realiteit. Omdat Stephen het op een zeer unieke wijze beschrijft wil ik jullie dit niet onthouden. De komende tijd zal ik het complete boek op mijn blog publiceren. Stephen heeft zijn boek vrijgegeven voor publicatie. voor de totale inhoudsopgave kijk op: Vlinder zijn vrij

Zijn elektronen dus beide, golven en deeltjes? Het ene moment reagerend als deeltje en het andere moment als golf?

Toentertijd geloofde niemand hierin. Er moest iets fout zijn dachten ze…

Dus gingen wetenschappers het experiment aanpassen en gingen kijken (met meetapparatuur) hoe een enkele elektron door de dubbele spleten zou gaan en te zien of die wel echt reageerde als golf in plaats van als deeltje.

Description: eye1

Toen ze het elektron gingen observeren, gebeurde er weer iets nieuws. Ze kregen het standaard deeltjespatroon op het schoolbord, dat er net zo uit zag als bij het afvuren van de krijtbolletjes door de twee spleten.

Description: eye2

Dat eenvoudige kijken naar het elektron betekende, dat het elektron reageerde als deeltje in plaats van als golf, en ging daarom slechts door één spleet, niet door beide, en vormde daarmee net zo’n patroon als bij de krijtbolletjes.

De uiteindelijke conclusie was: Een elektron is van oorsprong een golf en geen deeltje, totdat het wordt geobserveerd. Dan verandert het in een deeltje met een gefixeerde positie in tijd en ruimte.

Het elektron is zeer bijzonder in die zin, dat als je niet kijkt, dan kan het zich hier, daar, of overal bevinden… Het kan zich, om zo te zeggen, overal in deze kamer bevinden. Maar als we gaan kijken – en dat is het bijzondere aan het elektron – vinden we het met onze geigerteller altijd, al hebben we een kamer vol met geigertellers. Dat is het fundamentele en belangrijke van elektronen.

Er is overtuigend bewijs dat het enige moment waarop kwanta zich manifesteren als deeltjes, dan is als we naar ze kijken. Als we niet naar een elektron kijken, is dat altijd een golf.

Ook het woord kwantum is een synoniem voor ‘golf deeltje’, een term waarmee wordt gerefereerd naar dat, wat beide zowel deeltje- als golf aan kwaliteiten bezit.)

Dit nu, is pas echt radicaal; een elektron is een golf totdat het wordt geobserveerd en dan een deeltje wordt!

De implicaties hiervan zijn gigantisch. Het betekent dat realiteit, dat het universum, waarvan we altijd dachten dat het ‘solide en voorspelbaar’ was, helemaal niet echt, niet ‘solide en voorspelbaar’ is. De bouwstenen van dat universum zijn geen materiedeeltjes, maar mogelijkheidsgolven; golven van potentiële mogelijkheden waarbij elektronen zogauw ze worden waargenomen verschijnen als deeltjes.

Maar wie is de waarnemer? En hoe verandert die waarnemer het elektron van golf in deeltje?

De eerste vraag is niet eenvoudig en volledig te beantwoorden. De waarnemer kan een mens zijn; het kan ook een instrument of apparaat zijn dat waarneemt; het kan letterlijk van alles zijn dat poogt iets in het fysieke universum daarbuiten te zien. Maar er is een ander niveau om dit zinvol te beantwoorden, dus even geduld.

Op dit moment herhalen we de onontkoombare conclusie van het tweespletenexperiment: Volgens de kwantumfysica kunnen we aannemen dat de atomen (kernen met elektronen) waaruit ons fysieke universum bestaat, alleen echt en solide zijn als ze worden waargenomen. Als ze niet worden waargenomen, keren ze terug naar een golftoestand van oneindige mogelijkheden.

(Om hierover een goede animatievideo te bekijken, over hoe een waarnemer het tweespletenexperiment beïnvloedt, uit What the bleep!? – Down the rabbit hole, kun je hier klikken.)

Laten we het eens hebben over de waarnemer en hoe een elektron van een golf in een deeltje verandert…

Maar ho, wacht even! Niemand weet het antwoord op de vraag hoe, of waarom, de waarnemer het elektron van een golf in een deeltje verandert. Hierover kunnen deskundigen alleen maar speculeren…

Deeltjes zijn niet wat ze lijken te zijn. Het zijn voor het moment manifestaties; tijdelijke ‘plop-ups’ uit kwantumgolffuncties waar geen deeltjes voorkomen; daar zijn alleen golven die spontaan als deeltjes tevoorschijn kunnen ploppen.

Met andere woorden, zo gauw een elektron wordt gezien, plopt deze tevoorschijn en neemt daarmee een specifieke locatie in, in tijd en ruimte, in dat wat wij zien als realiteit. Dat wordt het ‘instorten van de golffunctie’ genoemd.

  • Het instorten van de golffunctie kan met kwantumberekeningen worden verklaard en voorspeld, maar is in gewone taal moeilijk te beschrijven. In principe betekent het, dat een elektron normaal in een golftoestand verkeert (een golffunctie), en vele mogelijkheden heeft om deeltje te worden; op het moment dat het elektron wordt waargenomen storten deze vele golftoestanden ineen tot een enkele toestand, de toestand van een deeltje op een specifieke locatie.

De fysicus Nick Herbert zegt het zich zo voor te stellen, dat de wereld achter onze rug (waar we niet kunnen kijken of waarnemen) een ‘radicale dubbelzinnige onophoudelijk stromende kwantumsoep’ is. Als we ons omdraaien om die soep te bekijken, dan bevriest onze blik die soep onmiddellijk en wordt het onze realiteit. Volgens Herbert maakt ons dit een soort Midas, de legendarisch koning die nooit het gevoel van zijde had gekend of iemand kon strelen, omdat alles wat hij aanraakte in goud veranderde.

Op dezelfde manier kan de mens nooit de ware textuur van de kwantumrealiteit ervaren, omdat alles wat we aanraken in materie verandert.

Waar zijn die elektronen als mogelijkheidsgolven dan op het moment dat niemand ze waarneemt? Het antwoord op die vraag is over de jaren vele malen aangepast en heeft veel namen gekregen:

  • de ‘Planck schaal’ (door de fysicus Thomas Planck)
  • de ‘impliciete orde’ (door de fysicus David Bohm)
  • de ‘vacuum staat’
  • de ‘kwantum golffunctie’
  • het ‘nulpunt veld’
  • het ‘superstring veld’
  • het ‘M veld’
  • het ‘verenigd veld’

Tegenwoordig noemt met het meestal Het Veld. In haar boek Het Veld definieert Lynn McTaggert het eenvoudig als ‘Het Veld van alle mogelijkheden.’7

Alles wat je kunt bedenken, en alles wat je niet kunt bedenken, en alles wat geen mens kan bedenken, bestaat al in dit veld, als mogelijkheidsgolven.

Dr. John Hagelin legt uit…

Onze vooruitgang in kennis van het universum heeft nieuwe niveaus van natuurwetten ontdekt, van macroscopisch tot microscopisch, van molecuul naar atoom naar het nucleaire van de subnucleaire niveaus van de functies der natuur…, en wat we in het diepste hart van het universum hebben ontdekt, in de fundamenten van het universum, is een enkel universeel veld van intelligentie… Alle natuurkrachten en alle zogenaamde ‘natuurdeeljes’ worden nu gezien als rimpelingen op de oceaan van het bestaan; het wordt het ‘verenigd veld’ genoemd of ‘superstring veld’ en ligt aan de basis van alles; van geest en materie… Dat veld is niet materieel. Planeten, bomen, mensen en dieren, alle zijn slechts vibratiegolven van dit onderliggende verenigde superstring veld… Het is de bron van alle natuurwetten, alle fundamentele krachten, alle fundamentele deeltjes; alle levenbepalende wetten op alle niveaus van het universum hebben hun verenigde bron in dit verenigde veld… Het is een puur abstract potentieel, die vibratiegolven doet ontstaan om deeltjes op te roepen, naar de mens, naar alles wat we in het ganse universum zien… Dit is niet de wereld van elektronen; dit is de wereld van potentiële elektronen… Het is waar we van zijn gemaakt.

…en Dr. Fred Alan Wolf zegt het zo…

Fysici geven dit een naam; ze noemen het een ‘kwantum golffunctie’ omdat het iets ‘golfachtigs’ heeft. Maar deze golffunctie is niet zomaar een golf van materie zoals een oceaangolf of een geluidsgolf, of wat voor materiële golf dan ook. Het is een golf van mogelijkheden; een soort ‘gedachten’ golf. En omdat het een golf van gedachten is, of van mogelijkheden, of van ‘niet-materie’, is het voor ons onzichtbaar. We kunnen wat we zien als materie niet verklaren… tenzij we inzien dat deze materiedeeltjes voortkomen uit, of oprijzen uit deze golfpatronen van gedachten.

(Bekijk de video over Het Veld met John Hagelin en Fres Alan Wolf uit What the bleep!? – Down the rabbit hole. Klik daarvoor hier.)

Het probleem is dat niemand het bestaan van Het Veld kan bewijzen. Je kunt het niet zien, niet meten, niet in je hand houden. Maar omdat kwantumfysici aannemen dat Het Veld er is, kunnen ze ongelofelijk accurate mathematische voorspellingen over het fysieke universum doen, over hoe het zich gedraagt, wat hen zonder Het Veld niet lukt. Zoals Fred Alan Wolf het uitdrukt:

We kunnen wat we wél zien als materie niet verklaren… tenzij we aannemen dat de materiedeeltjes op een of andere manier uit deze gedachtegolfpatronen voortkomen of erin verzinken.

Zie het als elektriciteit. De elektriciteit zelf zie je niet; je ziet alleen wat deze doet. Een Amerikaanse komiek grapte dat hij zijn elektriciteitsnota niet wilde betalen, tenzij het energiebedrijf hem liet zien waar hij voor betaalde.

We zien het kunstlicht waar elektriciteit voor zorgt, de energie en de andere effecten waar we iedere dag op vertrouwen en heel gewoon vinden; díe overtuigen ons ervan dat elektriciteit bestaat.

Hetzelfde geldt voor Het Veld. Hoewel we het niet kunnen bewijzen, zou het er zonder, in het licht van de recente experimenten, op niets uitdraaien.

Een ander voorbeeld kan dit verduidelijken…

Stel dat je een Aboriginal bent in de Outback van Australië zonder contact met de rest van de wereld, en iemand laat je een radio zien en je vraagt je af als je de muziek hoort, hoe die werkt. Je zou het uit elkaar kunnen halen om een orkest van zeer kleine musici te vinden. Na een tijdje weet je, dat de muziek alleen kan worden verklaard met onzichtbare radiogolven en dat het doosje die opvangt en omzet naar geluid; hoewel je dat niet kunt bewijzen.

We hebben als mens het punt van begrip bereikt – ondersteund met wetenschappelijk bewijs – waarop we weten dat er om ons heen overal golven zijn. Maar het zijn nu geen radiogolven en oceaangolven, maar golven van Het Veld. Het zijn golven van potentie, en geobserveerd veranderen die golven in het fysieke universum dat we zien.

Ik zal hier in volgende hoofdstukken verder op ingaan. Voorlopig is het voldoende om aan te nemen dat Het Veld moet bestaan, dat het buiten tijd en ruimte valt, en dat het ongekende hoeveelheden aan mogelijkheden bevat, maar alleen in golfvorm. Dit veld bevat geen deeltjes en bestaat niet uit materie en maakt geen deel uit van het fysieke universum. In plaats daarvan is het waar het gehele universum uit bestaat; uit mogelijkheidsgolven.

Maar hoe is dit Veld dan ontstaan? Wie heeft het gemaakt? Waar komt het vandaan?

Op deze vragen heeft de wetenschap geen antwoord. Ze weten alleen dat Het Veld er moet zijn. Daarom zal ik niet speculeren over hoe Het Veld is ontstaan of wie het heeft gecreëerd, of over hoe het komt dat alle mogelijkheden daarin aanwezig zijn, omdat… wel, omdat er absoluut geen manier is voor de mens om dit te begrijpen en er ook geen ervaringen zijn van wat er zich aan de andere kant van Het Veld afspeelt.

Wat we onszelf wél af kunnen vragen is: Hoe wordt vanuit Het Veld de ‘fysieke realiteit’ gecreëerd?

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.